Toekomstbestendig wonen

Er zijn heel veel actieve senioren: ze fietsen, wandelen, zwemmen, reizen en sporten. Veel senioren wonen in ruime huizen waarin ze hun kinderen grootbrachten. Dat is mooi, zou je denken, want in het kader van de broodnodige beweging is het mooi meegenomen als je een flink huis hebt om te poetsen, veel ramen om te lappen, een tuin om te wieden, stoepen om te vegen en trappen om te beklimmen. Allemaal gratis-en-voor-niks-beweging die goed is voor lijf en leden, zéker als je wat op leeftijd raakt. Maar nou komt het. De trend. Zodra de kinderen het huis uit zijn begint het. Dan willen de senioren KLEINER gaan wonen. Ik zou juist denken: er is een redelijk grote kans dat je familie alleen maar groter wordt, dus hoe fijn is het dan als je een groot huis en dito tuin hebt voor al dat nieuwe grut? Maar dat is helemaal verkeerd gedacht. Steeds meer mensen beginnen zo rond hun 55e al te piekeren over hun toekomstige woongenot. Er is zelfs ook al een naam voor bedacht: Toekomstbestendig wonen.

Toekomstbestendig wonen betekent dat je alvast gaat anticiperen op de jaren die voor je liggen. Concreet houdt dat in dat je bijvoorbeeld gelijkvloers gaat wonen. Slapen en badderen doe je uiteraard beneden, voor als je die trap niet meer op kunt. In de douche plaats je alvast een zitstoel met beugel, voor als je ooit niet meer staand kunt douchen. Trappen zijn uit den boze: bouw je een nieuw huis, dan installeer je een lift. De tuin moet zo zijn ingericht dat je er eigenlijk geen onderhoud aan hebt. Dat geldt ook voor het huis. In plaats van een gelijkvloers huis kun je ook kiezen voor een appartement. Uiteraard met lift, voor straks.

Moderne senioren hebben geen zin meer om in die tuin te werken, het huis te poetsen of die trappen op te klauteren. En dat snap ik nog wel, ik bedoel, ik sta ook niet te juichen als ik met mijn emmer en dweil door het huis sjouw of op mijn knieën de badkamer uitsop, maar hee, wat voel ik me iedere keer weer gezond bezig! Na een paar uur ramen lappen kan ik zielsgelukkig met koffie en een boek in een stoel ploffen, gewoon omdat het dan gerust mag van mezelf: ik heb mijn workout wel weer gehad. Wat als ik dat allemaal niet meer hoefde? Als ik niets meer in of om het huis zou hoeven doen, als ik geen trap meer zou hoeven lopen? Ik denk – nee, weet eigenlijk wel zeker- dat ik in no-time zo stijf als een plank zou zijn. Komt natuurlijk ook omdat ik niet van sporten hou: ik moet het meer hebben van ‘per ongeluk’ bewegen. Zo staat onze printer boven. Ik neem de trap zo vaak mogelijk, liefst rennend. Ik ren trouwens ook door het huis. Of ik dans, spring, zwaai met mijn armen of doe tussendoor wat jumping-jacks of high-knees. Ik heb daar namelijk heerlijk de ruimte voor. Boven, naast de printer, staan een loopband en een crosstrainer. Als ik een printje moet halen stap ik een paar minuutjes op de crosstrainer. En zo hou ik mezelf een beetje fit en in conditie. Mede dankzij mijn huis, mijn tuin en godzijdank mijn bovenverdieping.

Ik ga dus niet mee in de trend die Toekomstbestendig wonen heet. Ik zou juist willen zeggen: loop zo veel en vaak mogelijk die trap op, veeg die stoep, sop je ramen en haal die dweil door je huis. In ieder geval: bewéég. Gewoon lekker in je eigen huis, zolang je kunt. En als het moment daar is dat je het onverhoopt niét meer zou kunnen, dan zoek je op dat moment een oplossing.

Man en ik oriënteren ons op een nieuw tuinhuis en vragen ons af hoe groot dat tuinhuis nog moet zijn. Onze fietsen moeten erin, de kruiwagen, de grasmaaier en een hele stapel winterbanden (ja, ook die van de kinderen). Terwijl Man en ik erover brainstormen, schiet me ineens het Toekomstbestendig wonen te binnen. En omdat ik een heel moderne senior ben, merk ik op dat er straks natuurlijk wel twee scootmobiels in moeten passen. We moeten er heel hard om lachen. Want die scootmobiel hoeft er misschien wel nooit te komen. En als het toch nodig mocht zijn, vinden we op dat moment wel weer een oplossing. Voor nu willen we zoveel mogelijk blijven bewegen in onze eigen omgeving en proberen daarmee júist al die ongemakken zolang mogelijk bij ons vandaan te houden. Dat is ónze manier van Toekomstbestendig wonen.