
Ik kreeg met Kerst van een van onze zonen het invulboek ‘Mam, vertel eens’. Met het verzoek erbij of ik dat voor hem zou willen invullen.
Ik vond het een heel mooi en lief gebaar. Dat hij straks, later, een document heeft waarin het gaat over mij, mijn jeugd, mijn leven, maar ook over hem, zijn jeugd, zijn leven met ons, mijn wensen voor hem en nog veel meer. Natuurlijk vul ik dat heel graag voor hem in. Sterker: ik dacht, dat is echt een heel mooi waardevol en persoonlijk document voor alle viér onze kinderen. En dus vroeg ik de andere drie ook om zo’n boek. Voor straks, voor hen.
“Weet waar je aan begint,” sprak Man de wijze woorden. Want ook hij kreeg ‘Pap vertel eens’ van Zoon. En Man vindt dat al een hele kluif. Het boek heeft 160 bladzijden met in totaal zo’n 600 vragen. ZESHONDERD. Dat is best veel ja. Daarnaast zijn er pagina’s met ruimte voor foto’s en verhalen. En dus gaat dat bij mij weer veel meer worden dan alleen de vragen invullen. Ik zoek foto’s op van vroeger, schrijf anekdotes en bijzonderheden uit, kopieer foto’s vier keer, print ze uit en plak ze in. Het duurt al uren om een paar pagina’s in één boek uit te werken, laat staan keer vier. Ik verwerk steeds een aantal van dezelfde pagina’s in alle vier de boeken. Ik ben op bladzijde 30.
Nou moet ik natuurlijk wel heel oud worden, anders krijg ik de boeken niet af. Dus nu maar hopen dat het Universum dat ook weet en even rekening wil houden met mijn nalatenschap. Aan mij zal het niet liggen.