Het is spannend in het chateau, want heerst er nou wel of geen corona? Gisteravond zagen we hoe de familie omgaat met dit fenomeen, dat op dat moment nog maar net zijn intrede had gedaan in Europa. Intussen weten we met zijn allen veel meer van dit virus, maar in die allereerste periode zie je ook bij de Meilandjes de onzekerheid, de angst en vooral ook het totale onbenul over wat hun boven het hoofd hing.
Maar wat ik de laatste paar afleveringen vooral zo bijzonder vind dat zijn de gasten. Er is namelijk maar één gezelschap, en dat komt uit Heesch. Jawel. Echte Brabo’s dus. Thea van Dijk van de gelijknamige schoonheidssalon is een van hen. En dus geniet ik dubbel van deze uitzendingen, want de Brabanders spelen best wel een grote rol. Vooral rondom de corona-perikelen.
Want wat is het geval? Eén van de gasten –Jolanda- is ziek. Ze heeft een raar hoestje en koorts. De anderen lichten de Meilandjes in, want ze willen eigenlijk een arts laten komen, en dan gaan ook bij de Meilandjes alle alarmbellen af. Maxime knoopt maar vast een theedoek voor haar gezicht. En dan moet er naar de arts gebeld worden. Ze krijgen een antwoordapparaat met een boodschap erop. Die ze niet verstaan. Met geen mogelijkheid. Waar is Nadège als je haar nodig hebt, vraag ik me af. Er zit niks anders op dan maar gewoon naar die praktijk te rijden. Maar hoe? In de keuken bespreken Martien, Erica en Maxime het dilemma. Met de patiënt in één en dezelfde auto is niet handig, vinden ze eensgezind. En creatief als ze zijn, komen ze al snel met een oplossing: de patiënt kan in de aanhanger. Want ze hebben boven nog wel een paar matrassen liggen die prima kunnen fungeren als bed. Een soort openlucht-ambulance zeg maar. Met als extra subliem idee om de patiënt in plastic folie te wikkelen. Ik zie het al helemaal voor me en moet ondanks de ernst van de situatie héél hard lachen om het idee alleen al.
Gelukkig blijkt dit ziekenvervoersmiddel niet nodig. Ze rijden met twee gasten eerst maar naar die arts. Daar is niemand, de praktijk zit potdicht. Vervolgens draaien ze nog maar eens dat antwoordbandje. En ze lezen een briefje. Daarop staat iets van ‘15’, en ineens snappen ze wat dat quinze betekende. Ze moeten dat nummer bellen met 15 erachteraan. Er komt een mevrouw aan de telefoon die er geen hol van snapt, vooral niet als er gezegd wordt dat haar vriendin ziek is. De vrouw is beledigd en hangt op. Nou ja zeg, dat doé je toch niet?? vinden ze unaniem. Ze bellen opnieuw. De vrouw legt uit dat ze een verkeerd nummer hebben en hangt weer op. De familie besluit dan maar naar de apotheek te gaan. Met zijn allen.
In de apotheek is Corona intussen wel al doorgedrongen. Er mag maar één iemand binnenblijven, de rest wordt naar buiten gebonjourd. De man krijgt twee mondkapjes en moet met de patiënt naar het ziekenhuis. Dus terug naar huis, ziekenhuis bellen, en dan blijkt de zieke Jolanda pas de volgende dag terecht te kunnen voor een coronatest. Nee Erica, niet door over een staafje te plassen, ook niet met een bloedtest, maar ‘ze gingen via de neus naar binnen en haalden iets uit haar keel’. Dus.
Daarna gaat het met de zieke Jolanda weer wat beter. Als ze terug zijn en nog een volle dag moeten wachten op de uitslag, moet Jolanda in quarantaine blijven op haar kamer. Haar kamergenootje Thea wordt naar een andere kamer verhuisd. En gastheer Martien probeert er maar het beste van te maken en Jolanda toch af en toe van een natje en een droogje te voorzien. En daarmee ontstaat een situatie waarbij ik zó hard moet lachen dat ik echt bijna van de bank rol.
Martien doet de slaapkamerdeur op een kier en vraagt of Jolanda koffie lust. Ja ik lus wel koffie! is de enthousiaste reactie. Dat had ik hem ook wel kunnen vertellen, het zijn tenslotte Brabanders. Dus gaat Martien koffie halen en neemt ook gelijk een doosje bonbons voor haar mee. De deur gaat weer op een kier, en Jolanda aan de andere kant komt richting deur. Wat voor een lichte paniekreactie zorgt bij Martien. Snel schuift hij de koffie door de kier, maar wat nu met die bonbons? En zonder nog te twijfelen gooit hij het doosje er achteraan. “Ook nog een lekker bonbonnetje erbij!”
Even later legt Martien met een bloedserieus gezicht zijn actie uit: “Ja weet je, ik zag haar gezicht van heel dichtbij, met zo’n wit mask voor haar gezicht, moet je luisteren, ik heb die bonbons zo naar binnen gegooid, ja, dat was heel onaardig ja, maar ja, ik dacht als ik dat doosje boven die koffie naar binnen schuif dan gaat het gobbelen en dan gaat het eroverheen en dan moet ik met een dweil naar boven en weet je dan moet wéér die deur open dus dan denk ik nee, gewoon góóien met die doos. En die mevrouw zit nu dus lekker aan de koffie met een bonbonnetje. Ja. En moet je luisteren ik ga nu wijnen met de gasten. Weet je. Ja.”
Intussen wordt die corona steeds meer een ding, ook in het chateau. De gasten gaan vertrekken, maar zieke Jolanda mag niet mee, die moet de uitslag afwachten en in quarantaine blijven. De rest van de groep verlaat het chateau (elkaar niét aanraken jongens! Maar wel fanatiek handen schudden, het moet nog een beetje landen daar) en Jolanda blijft achter, ongewis van haar lot. We moeten weer een week wachten tot we het vervolg zien. Want is het nou wel of geen corona? En zijn de Meilandjes besmet? Erica en Martien hoesten en Claire heeft verhoging; maken ze zich terecht zorgen? We kunnen het natuurlijk gewoon aan Thea vragen. Maar ik durf er iets om te verwedden dat die zwijgplicht heeft. Kak.